Tips voor het fotograferen in de natuur

Natuurfotograaf Marsel van Oosten reist over hele wereld voor de mooiste foto’s. Zijn liefde voor de natuur weet hij op unieke wijze te vertalen naar aantrekkelijke en authentieke beelden. Met zijn werk heeft hij dan ook al veel prijzen weten te winnen. Wil jij ook weten hoe je de mooiste dier- en natuurfoto’s maakt? Marsel geeft je 6 tips.

1: Maak een plan

"Een goede foto begint met een goed idee. Door over elke beslissing na te denken, kom je tot doordachte en originele foto’s. Bedenk dus wat, waarom, waar, wanneer en hoe je gaat fotograferen. Al deze antwoorden hebben invloed op de sfeer, de compositie en het verhaal van de foto. Bedenk ook hoe je gaat fotograferen. Wat voor camera neem je mee? Ga je ’s nachts of overdag? Ga dus niet doelloos op pad, maar maak een plan."

2: Let op de achtergrond

"Beginnende fotografen laten zich vaak afleiden door het onderwerp dat ze fotograferen, terwijl het ook belangrijk is om na te denken over de achtergrond. Deze kan op twee manieren een rol spelen in je foto. Ten eerste kan de achtergrond aanvullend zijn. Dan staat er bijvoorbeeld een dier op de voorgrond dat kijkt naar zijn prooi, een eindje verderop. Door ook de prooi op de foto te zetten, krijgt de foto betekenis. Ten tweede kun je ervoor kiezen de achtergrond juist niet te laten afleiden. Met een wijd diafragma is de achtergrond zacht en out of focus, waardoor je onderwerp er uitspringt.”"

Wil je meer leren over de compositie in je foto’s? Natuurfotograaf Johan van der Wielen legt aan de hand van voorbeelden uit waar je op moet letten.

Leer meer over compositie

3: Speel met scherpte en onscherpte

"Door een combinatie van scherpte en onscherpte te gebruiken creëer je diepte. Hou bijvoorbeeld je onderwerp scherp en de achtergrond onscherp - of andersom. Je krijgt hierdoor twee lagen in de foto. Het is zelfs mogelijk om drie lagen te creëren: met een onscherpe voorgrond, scherp middenstuk en onscherpe achtergrond. Dat doe je bijvoorbeeld door half door een bosje heen te fotograferen. Je voorgrond bestaat dan uit wat onscherpe takken, daar doorheen zie je het scherpgestelde onderwerp, en daarachter weer de onscherpe achtergrond."

"De achtergrond op deze foto is redelijk onscherp, zodat de eend er mooi uitspringt. Tegelijkertijd geeft de achtergrond extra context over het leefgebied van deze eend: South Georgia, waar ook zeeolifanten leven." De foto is uit de hand gemaakt in South Georgia met een Nikon D4 en de AF-S VR II 200-400mm f/4.0 lens: f/8.0 en 1/1000e op ISO 800.

4. Let op je standpunt

"Het standpunt van de foto is heel belangrijk. Het is makkelijk om je statief op ooghoogte te zetten, maar dit is niet per se de beste hoek. Kijk naar de horizon: snijdt die vanuit dit standpunt niet door je onderwerp heen? Let ook op de voorgrond: als die saai is, kun je beter zo laag mogelijk fotograferen zodat je er weinig van ziet. Is de voorgrond juist mooi, met rotsen bijvoorbeeld? Dan is het juist een goed idee om vanaf ooghoogte te schieten. Onthoud tot slot dat alles wat je van onder fotografeert, heel groot lijkt."

"Hier zat ik op de grond en richtte ik mijn camera naar beneden. Daardoor zie je veel voorgrond." De foto is gemaakt vanaf een statief met de Nikon D800 en de AF-S 14-24mm f/2.8 lens op 17mm. De voorgrond is belicht op f/11 en ISO 100. De lucht is een paar minuten later gefotografeerd met een sluitertijd van 30 seconden op ISO 1600.

5. Fotografeer eens met slecht weer

"Slecht weer is goed voor fotografie. Fotograferen in de regen, sneeuw, wind of mist is misschien niet prettig, maar het geeft wel sfeer aan de foto. Het zorgt ervoor dat dingen er anders uitzien dan normaal. Denk maar aan Nederland onder een dun laagje sneeuw. Slecht weer heeft ook invloed op het gedrag van dieren. Bij harde regen zien dieren er soms drijfnat uit. Bij kou gaan ze dicht bij elkaar staan of ze zoeken de warmte op. Dat levert bijzondere foto’s op."

"De reis naar China was zo ingepland dat hij plaatsvond tijdens de regenperiode. De regen, en op deze foto de mist, zorgt voor mooie foto-omstandigheden." De foto is gemaakt met de Nikon D4s en de AF-S VR II 70-200mm f/2.8 lens: 175mm, 0.8 seconde, f/16 en ISO 100.

6. Ga weg van gebaande paden

"Het is makkelijk om naar locaties te gaan die je al vaak op foto’s hebt gezien. Maar als je je eigen weg gaat, krijg je originelere beelden. Veel fotografen rijden ergens naartoe, parkeren hun auto en maken foto’s in de honderd meter rondom de parkeerplek. Maar dat doet iedereen al. Loop eens vijf kilometer verder: grote kans dat daar nooit iemand komt."