Adobe Photoshop in een notendop

Weet je niet waar je moet beginnen in Photoshop? Het programma biedt veel mogelijkheden. Waar begin je en hoe ga je verder? Als je de basis van Adobe Photoshop onder de knie hebt, krijg je ontzettend veel plezier in het werken met dit programma.

De werkruimte

Bij het openen van Photoshop ziet het scherm eruit zoals hieronder. Dit is de werkruimte. Als je al eens aanpassingen hebt gemaakt aan je werkruimte, dan kun je deze herstellen door rechtsboven te klikken op de instellingen voor de werkruimte, de rode pijl in onderstaande afbeelding. Klik vervolgens op: “Essentiële elementen opnieuw instellen”.

Menubalk

In de menubalk heb je boven in de werkruimte verschillende opties. Zo kun je hier onder andere bestanden openen en opslaan, een afbeelding aanpassen in formaat, lagen samenvoegen en filters over de foto leggen. Maar in deze menubalk kun je onder het kopje Venster ook aangeven welke deelvensters je graag in beeld wilt zien.

Gereedschappen

Links in de werkruimte zijn de Gereedschappen (Tools) te vinden. Je kunt dit vergelijken met een gereedschapskist. Zo vind je hier Penselen, uitsnijd mogelijkheden, Stempels, tekst mogelijkheden en meer. Sommige gereedschappen kun je uitvouwen zodat er extra varianten van die gereedschappen zichtbaar worden. Een kleine driehoek rechts onder in de het pictogram van het gereedschap geeft aan of er verborgen gereedschappen zijn. Je haalt deze naar voren met een lange linker muisklik.

Kleuren

In het deelvenster kleuren kun je zien welke kleur er actief is. Dit is onderverdeeld in een voorgrondkleur en achtergrondkleur. Je kunt de kleur aanpassen door te klikken op de voor- of achtergrondkleur. Je kunt ze verwisselen door in de Gereedschapbalk (zie hierboven) te klikken op het pijltje boven het kleurvenster of door op de sneltoets X te drukken. Rechtsboven het deelvenster kleuren is nog een extra menu, aangeduid met vier streepjes. In dit menu kun je het kleurenspectrum wijzigen naar bijvoorbeeld RGB, CMYK of Grijswaarden.

Stalen

In het deelvenster stalen, die je kunt vinden als onderdeel van het deelvenster ‘kleur’, vindt je kleuren die je vaak gebruikt. Je kunt zelf stalen toevoegen, aanpassen en verwijderen.

Verlopen

Met de tool Verloop kun je verschillende kleuren geleidelijk in elkaar over laten lopen. Er zijn ‘standaard’ verlopen, maar je kunt ze ook zelf maken. Een verloop kun je zien als een filter, maar met Photoshop heb je meer controle over het eindresultaat. Met het deelvenster Verloopbewerker kun je zelf verlopen maken of een bestaand verloop bewerken. Je opent de Verloopbewerker door op het actieve voorbeeld in de optiebalk te klikken. Selecteer hiervoor eerst het gereedschap Verloop in de gereedschappenbalk.

Lagenpaneel

De lagen van Photoshop zijn te vergelijken met vellen doorzichtig papier die op elkaar zijn geplaatst. Door transparante delen van een laag, kun je de onderliggende laag zien. Je kunt de positie van een laag wijzigen, net als de mate van transparantie. Als je een afbeelding opent dan bestaat deze uit één laag. Lagen toevoegen kan via het lagenpaneel of met de sneltoets CTRL + J (CMND + J). Met het lagenpaneel kun je heel veel kanten op en het is als het ware het fundament van Photoshop. Je kunt je voorstellen dat er dan ook enorm veel over te leren valt. In het onderstaande overzicht zie je de verschillende opties van het lagenpaneel.

Overvloeien (Blend Modus)

De overvloeimodus in Photoshop is een belangrijke techniek. Met overvloeien kun je meerdere lagen op diverse manieren in elkaar laten overlopen. Er zijn behoorlijk wat modi om uit te kiezen en het kan lastig zijn om te beslissen welke techniek je waarvoor gebruikt. Een geschikte overvloeimodus vinden? Je kunt de uitwerking van de verschillende modi bekijken door de laag te selecteren waarop je de overvloeimodus toepast en vervolgens Shift + - of + op je toetsenbord te gebruiken. Op deze manier scroll je door de verschillende opties.

Penseel

Met het penseel kun je gerichte bewerkingen maken op een laagmasker. Zo kun je bijvoorbeeld een onderliggende laag zichtbaar maken door het penseel in te stellen met voorgrondkleur wit en achtergrond kleur zwart. Of je kunt patronen tekenen in een afbeelding. Het penseel kan verschillende eigenschappen hebben. Met een hard penseel krijg je een ander resultaat dan dat je werkt met een zacht penseel. De eigenschappen kun je in het menu van het penseel gemakkelijk aanpassen. Door veel te oefenen met de verschillende penselen krijg je in de vingers welk penseel het beste werkt voor welke toepassing.

Meer lezen over Photoshop?

Penselen in Photoshop
Penselen in Photoshop
Het penseel is één van de belangrijkste gereedschappen. Maak kennis met de basis en ontdek tips voor een goede workflow!
Lees meer
Een foto uitsnijden
Een foto uitsnijden
Wil je iets van een foto afsnijden of wil je het onderwerp wat groter in beeld brengen? Dat kan met de crop-functie in Photoshop!
Lees meer