Als je klaar bent met bewerken, heb je soms veel lagen gemaakt in Adobe Photoshop. Hoe meer lagen, hoe groter het Photoshop-bestand is. En dat is niet altijd handig. Door het samenvoegen van lagen kun je de bestandsgrootte wat verkleinen en aan de afbeelding verandert verder niets.
Bij het selecteren van de lagen klik je met de rechtermuisknop op één van de lagen. Een nieuw menu opent en daar staan de verschillende opties voor het samenvoegen van de lagen. De verschillende opties verschijnen aan de hand van welke selectie je hebt gemaakt in je lagen.
Selecteer met CTRL + SHIFT (CMND + SHIFT) de lagen die je wilt samenvoegen. Klik met de rechtermuisknop ingedrukt op één van de geselecteerde lagen en kies 'Lagen samenvoegen' (Merge layers) om de lagen samen te voegen naar één laag.
Alle zichtbare lagen worden samengevoegd. Als het oogje voor een laag in het lagenpaneel niet zichtbaar is, dan wordt deze laag niet meegenomen in het samenvoegen. Gebruik hiervoor de sneltoets CTRL + ALT + SHIFT + E (CMND + OPTION + SHIFT + E).
Deze optie voegt de geselecteerde laag samen met de direct onderliggende laag. In dit geval wordt ook de transparantie of dekking overgenomen van de onderliggende laag. De sneltoets die je hiervoor kunt gebruiken is CTRL + E (CMND + E).
Alle lagen worden samengevoegd tot één laag. Lagen die onzichtbaar zijn (de lagen zonder oogje) worden verwijderd en zijn verloren. Dit kun je doen met de sneltoets CTRL + SHIFT + E (CMND + SHIFT + E).
Er is ook een nadeel aan het samenvoegen van de lagen. Door het samenvoegen kun je de lagen niet meer los van elkaar bewerken én de lagen zijn niet meer los terug te halen. Later kun je daar geen aanpassingen meer aan doen.