Een studioflitser kopen? Je kunt kiezen uit losse flitskoppen en complete studio flitssets. Maar welke flitser past er bij jouw fotografie en waar moet je precies op letten bij het kopen van een studioflitser? Op deze handige adviespagina staat alles uitgelegd!
Een studioflitser is een krachtige flitser die je gebruikt voor het fotograferen in de studio of op locatie. Je kan hem vanaf je camera aansturen met een zender en hebt de volledige controle over het licht. Bijvoorbeeld over de intensiteit van het licht, hoe het licht er uit ziet en waar het licht valt. Op de voorkant van een studioflitser kun je speciale accessoires plaatsen om het licht naar jouw wens vorm te geven. Bekende fabrikanten van studio apparatuur zijn Broncolor, Elinchrom, Falcon Eyes, Godox en Profoto.
Natuurlijk is je budget een grote factor, maar het allerbelangrijkste is dat je een studioflitser koopt die qua mogelijkheden aansluit bij wat jij wilt fotograferen en waar je de komende jaren mee vooruit kunt. Er zijn een aantal punten waar je op let bij het kopen van een flitser:
Beginnende fotografen starten vaak met flitsers van 250Ws of 500Ws omdat deze veelzijdig zijn én scherp geprijsd zijn. Met twee flitsers van 250Ws kun je een half totaal portret maken en kleine objecten goed belichten. Voor een portret van top tot teen, een foto van twee personen en grotere onderwerpen heb je twee flitsers van 500Ws nodig. Het vermogen moet écht passen bij jouw soort fotografie. Fotografeer je vaak buiten? Dan heb je vaak een meer krachtige flitser nodig om de zon als lichtbron ‘uit te sluiten’.
Zet de witbalans van je camera op ‘flitslicht’ of stel de witbalans handmatig in op 5500K als je gaat fotograferen. Zo weet je zeker dat de serie foto’s die je maakt, gelijk is qua witbalans. De witbalans is goed te corrigeren in de nabewerking als je in RAW fotografeert. Maar hoe minder je hoeft na te bewerken, hoe fijner natuurlijk!
Wat meer professionele flitsers hebben of flitsers met een hoger vermogen hebben meestal een metalen behuizing met een eigen motorkoeling. Wanneer je veel reist met je apparatuur is het aan te raden om voor een flitskop te gaan die tegen een stootje kan.
De hierboven genoemde punten zijn voor elke fotograaf belangrijk om naar te kijken, maar net zoals bij camera’s zijn hebben sommige studioflitsers extra functies zoals de ondersteuning van TTL en hoge snelheid synchronisatie. Het is handig om te begrijpen wat deze toevoegingen voor jou als fotograaf kunnen betekenen.
Een studioflitser moet je handmatig instellen, maar steeds meer flitskoppen hebben TTL. Deze afkorting staat voor de ‘Through The Lens’ techniek. Het vermogen van de flitser wordt automatisch aangepast aan de hand van de lichtmeting van je camera. Met TTL kun je ontzettend snel werken op locatie: je zet de flitser neer, maakt een testfoto, past de camera instellingen naar wens aan en maakt nog een testfoto. Daarna pas je in de camera de flitsbelichtingscompensatie naar boven of naar beneden aan, óf zet je de flitsers om naar handmatig om ze wat bij te stellen en je kunt aan de slag!
Er bestaan flitsers die Hypersync of High-Speed Sync oftewel ‘Hoge snelheid synchronisatie’ ondersteunen. Met HSS of HS kun je flitsfotografie combineren met extreem korte of snelle sluitertijden op je camera. Daarmee kun je het bestaande licht compleet buitensluiten, zelfs wanneer je buiten aan het werk bent. Dit is nuttig als je bewegingen wilt bevriezen of toch met een groot diafragma wilt werken op het midden van een zonnige dag.
Het aantal studioflitsers dat je nodig hebt, is afhankelijk van wat je wilt bereiken en wat je wilt qua look en feel. Het vrijstaand fotograferen van een object kun je met behulp van twee flitsers, maar ook met drie flitsers doen. Voor het maken van een portretfoto kun je al heel goed uit de voeten met één flitser en heb je over het algemeen nooit meer dan drie lampen nodig. Begin met een enkele lamp en bouw de opstelling daarna verder uit om zo goed te zien wat elke flitskop doet. In een setup met drie flitsers heb je als voorbeeld een hoofdlicht, een accentlicht (haarlicht of rim light) en de derde is voor het belichten van de achtergrond of het zachtjes oplichten van wat schaduwen.
Om je flitser aan te sturen heb je een triggerset nodig die bestaat uit een zender en een ontvanger. De zender plaats je op de hotshoe van je camera en de ontvanger sluit je aan op de flitser. Het is belangrijk om vooraf te controleren dat de trigger en de receiver op hetzelfde kanaal staan.
Sommige studioflitsers hebben een ingebouwde ontvanger of een optische ontvanger. Bij flitsers met een optische ontvanger, heb je alleen een zender nodig. Wanneer je de hoofdflitser triggert, gaan de andere flitsers mee. Dit wordt ‘slave’ genoemd. Flitsers met een optische ontvanger gaan ook mee als er flitsers van andere merken getriggerd worden.
Werk je optisch en gaan de flitskoppen niet af? Dan kan dit zijn doordat er te weinig verschil is tussen het omgevingslicht en de flitsers om het signaal te ontvangen. Zet altijd andere aanwezige lampen uit en werk alleen met het instellicht van de studioflitsers.
Net zoals een camera een aparte vatting heeft voor een objectief, heeft een studioflitser een speciale aansluiting voor het bevestigen van lichtvervormers zoals een reflector, een softbox of een snoot. De meeste merken hebben een eigen aansluiting voor accessoires waardoor de lightshapers niet universeel uitwisselbaar zijn. Kijk bij het aanschaffen van een flitser of het merk voldoende accessoires biedt voor jouw fotografie, of dat je lightshapers van een ander merk kunt kopen met dezelfde soort aansluiting.